De samenleving mag dan niet meer maakbaar zijn, het individuele leven is dat nog wel. Denken we. Flexibiliteit is het toverwoord van de postmoderne mens. Flexibel thuis. Flexibel op het werk. Flexibel in de vrije tijd. Plooibaar en vol aanpassingsvermogen. Kies maar en handel. Als je maar flexibel bent. En altijd bereid bent om te leren en lering te trekken uit het leven. Levenslang leren. Om een beter mens te worden. Zoek de verandering, doorsta de groeipijn, voeg je lijf in een nieuw ritme. Duw je geest in een ander denkframe.
Flexibiliteit vergt permanente activiteit. En daar gaat het concept de mist in. De mens is een tijdelijk verschijnsel met beperkte capaciteiten en beperkte energie. De mens is stijf en traag. Een slak met een hard, niet plooibaar huis op zijn rug. Een kwetsbaar wezen. Flexibel in zijn strevingen, star in zijn bagage. En met de korrels zout op het pad moet altijd heel erg voorzichtig worden omgegaan. Leven en dood komen dan vlakbij elkaar. Flexibiliteit is wishful thinking.
Ashers Hersenspinsels 