Hatikva in Latrun

In 2009 deed mijn dochter mee aan de Maccabiah Games in Israël. Zij speelde in het Nederlandse hockey-elftal. De afsluiting van de spelen vond plaats op de heuvel van Latrun. Ik was die ochtend naar Israël gevlogen om mijn dochter op de slotmanifestatie op te zoeken en daarna met haar nog een week door het land te reizen.

Pas in de avondschemering kwam ik aan te Latrun. Op een stoffig terrein trachtten honderden autobussen een plaats te vinden. Bovenop de heuvel waren het Israëlische Legermuseum en het monument voor gesneuvelde soldaten. Mijn dochter was blij toen ze me zag. Haar ploeg had in de finale gewonnen van de VS. We aten samen temidden van talloze uitgelaten Joodse sporters uit alle werelddelen. Daarna liep iedereen naar het stadion.

Er volgde een twee uur durend muziek- en dansspektakel, afgewisseld met speeches van de president en de premier. De stemming werd geleidelijk aan steeds meer euforisch. De emotionele genadeslag kwam natuurlijk onvermijdelijk. De bekende plechtige tonen zetten in en iedereen stond op. Meer dan tienduizend aanwezigen zongen het Israëlische volkslied. Lachend en huilend tegelijk. Met de armen om elkaars schouders. We waren allemaal één.

Een dag later hoorde ik dat het Israëlische leger in de oorlog van 1967 door de verovering van Latrun had kunnen doorstoten naar Jeruzalem. Bij Latrun was de ondergang van de staat Israël voorkomen. Ik weet zeker dat ik dat moet hebben gevoeld toen ik tussen al die sporters stond, we elkaar massaal omarmden en samen Hatikva zongen.

Plaats een reactie