De Liefde en de Tijd

Uit de Portugese literatuur en muziek spreekt de weemoed over de vergankelijkheid van het leven en de mooie ervaringen daarin: de saudade. Zo ook uit dit gedicht van António Feijó (Ponte de Lima 1859 – Stockholm 1917). De liefde is prachtig, maar vervliegt vaak met de tijd. 

We beklommen met ons vieren
op een dag een hoge berg.
Allemaal gezelschapsdieren,
de Liefde, de Tijd, mijn Lief en ik.

Al gauw zag ik aan het aardige gezicht
van mijn Lief dat zij vermoeid was;
de Liefde liep ons voorbij en ging voorop
en de Tijd versnelde zijn pas.

– “Liefde, Liefde! Rustig nou!
Ren toch niet zo hard, zo
houdt mijn lieve vrouw
je zeker niet bij.”

Plots slaan de Liefde en de Tijd eensgezind
hun trillende vleugels uit…
– “Waarom vliegen jullie weg in de wind?
Waar gaan jullie zo haastig heen?”

Dan draait de Liefde zich om en zegt bitter:
– “Wees geduldig, mijn vriendenstel!
Ik heb de gewoonte te verdwijnen
met de Tijd…. Vaarwel! Vaarwel!”

Uit ‘Sol de Inverno’

Plaats een reactie